09 aug Beperking van de wettelijke gemeenschap van goederen
Op 28 maart jl. is het wetsvoorstel Beperking van de wettelijke gemeenschap van goederen door de Eerste Kamer aangenomen. De wetswijziging gaat in op 1 juli 2017 of 1 januari 2018. Voor huwelijken en geregistreerde partnerschappen aangegaan vanaf de datum van de wetswijziging geldt dan een ander stelsel dan het huidige stelsel van algehele gemeenschap van goederen. Op de huwelijken die zijn aangegaan vóór de datum van inwerkingtreding blijft het huidige stelsel van toepassing.
Het huidige stelsel houdt in dat alle voorhuwelijkse bezittingen en schulden van de echtgenoten en alle bezittingen en schulden die tijdens het huwelijk zijn verkregen in de algehele gemeenschap van goederen vallen. Als partijen gaan scheiden wordt de waarde van alle bezittingen en schulden bij helfte verdeeld. Voor schenkingen en erfenissen waarop een uitsluitingsclausule van toepassing is geldt een uitzondering. Deze blijven buiten de verdeling.
Het nieuwe stelsel houdt in dat bij het aangaan van een huwelijk of een geregistreerd partnerschap nog altijd een gemeenschap van goederen ontstaat. Het grootste verschil betreft het voorhuwelijkse vermogen. Bezittingen en schulden die de echtgenoten vóór het aangaan van het huwelijk al hadden blijven privé. De bezittingen die tijdens het huwelijk zijn verkregen en de schulden die tijdens het huwelijk zijn aangegaan worden gezamenlijk en dienen in geval van een echtscheiding te worden verdeeld dan wel bij helfte te worden gedragen.
Een ander groot verschil is dat schenkingen en erfenissen die partijen tijdens het huwelijk verkrijgen in het nieuwe stelsel tot het privévermogen van de verkrijger behoren. Het opnemen van een uitsluitingsclausule is niet meer noodzakelijk bij het doen van schenkingen en/of in testamenten na de datum van de inwerkingtreding van de nieuwe wet.
Gemeenschappelijke goederen en schulden die echtgenoten voor het huwelijk al hadden, blijven ook na het huwelijk gemeenschappelijk. Hiervan kan worden afgeweken bij huwelijkse voorwaarden.
Voor ondernemingen die buiten de gemeenschap van goederen vallen, geldt in de nieuwe wet een bijzondere bepaling: er moet een redelijke vergoeding aan de gemeenschap betaald worden voor de kennis, vaardigheden en arbeid die de echtgenoot voor de onderneming heeft aangewend. Hoe deze redelijke vergoeding moet worden bepaald, wordt aan de rechtspraak overgelaten. Het is daarom voor ondernemers van groot belang om bij huwelijkse voorwaarden vast te leggen hoe zij bij scheiding met het ondernemingsvermogen zullen omgaan.
Mocht u vragen hierover hebben, neem dan contact met ons op.